Onderhoudsverplichting
Eigenaren van koelinstallaties dienen te zorgen voor de periodieke controle en het preventief onderhoud met lekdetectie tenminste een maal per kalenderjaar preventief onderhoud met lekdetectie te (laten) verrichten en inspectiemaatregelen te treffen met betrekking tot het koelsysteem en de daaraan verbonden koeltechnische componenten. De frequentie van het onderhoud en de lekdetectie is afhankelijk van de hoeveelheid koudemiddel inhoud in CO2 equivalenten. Bij koelsystemen met koudemiddel R744 is de frequentie van onderhoud en lekdetectie afhankelijk van de hoeveelheid koudemiddel vulling.
Norminhoud
Installaties met een koudemiddelinhoud >=5 en <50 ton CO2 equivalent tenminste eenmaal per jaar laten controleren op lekkage onderhouden;
Installaties met een koudemiddelinhoud >=50 en <500 ton CO2 equivalent tenminste om de 6 maanden laten controleren op lekkage en onderhouden
Installaties met een koudemiddelinhoud >=500 ton CO2 equivalent om de 6 maanden laten controleren op lekkage en onderhouden. Installaties met een koudemiddelinhoud >=500 ton CO2 equivalent dienen (per 1 januari 2015) te zijn voorzien van een lekdetectiesysteem. Dit lekdetectiesysteem dient tenminste om de 12 maanden te worden gecontroleerd op goed functioneren.
Installaties met koudemiddel R744 (CO2) controleren op lekkage en onderhouden met frequentie conform onderstaande tabel 1 (uit NPR 7601:2013). Installaties met koudemiddel R744 dienen in te zijn voorzien van een lekdetectiesysteem. Dit lekdetectiesysteem dient tenminste om de 12 maanden te worden gecontroleerd op goed functioneren.
Inspectie-intervallen van koelsystemen met kooldioxide
| Inhoud kg | Aantal inspecties per jaar |
| <100 | 1 |
| >=100 – <1000 | 4 |
| >=1000 | 12 |
Installatie, controle op lekkage en alle handelingen waarbij HFK en HCFK koudemiddelen betrokken zijn, waarbij of waardoor koudemiddel emissie van koudemiddel kan optreden, moeten worden uitgevoerd door een F-gassen gediplomeerd monteur (categorie I en II).
Hiertoe dient een controle te worden uitgevoerd met betrekking tot de staat van de beveiligingsapparatuur en om te controleren of er geen ernstige schade is ontstaan door corrosie. Geïsoleerde systeemcomponenten dienen eenmaal per jaar visueel gecontroleerd te worden op beschadigingen van de dampwerende laag. Op verdachte plaatsen zal een nader onderzoek moeten plaatsvinden. Afhankelijk van het type koelinstallatie en de staat waarin deze verkeert, kan het echter noodzakelijk zijn om de hierboven genoemde maatregelen vaker uit te voeren.